𝗛𝗼𝗻𝗱𝗲𝗻 𝘃𝗼𝗹𝗴𝗲𝗻 𝘀𝗽𝗼𝗿𝗲𝗻 𝗼𝗽 𝘇𝗼𝘄𝗲𝗹 𝗱𝗲 𝗴𝗿𝗼𝗻𝗱 𝗮𝗹𝘀 𝗶𝗻 𝗱𝗲 𝗹𝘂𝗰𝗵𝘁
Toen Jura een jonge hond was kwam ik met haar eens een man met een enorme dobermann tegen. De Dobermann had een prikband omgekeerd om waar ik al een beetje een naar gevoel van kreeg. Maar van de man werd ik nog ongemakkelijker. Vol branie vertelde hij dat zijn hond Nederlands kampioen ipo-speuren was. Z’n hond kon een spoor volgen van wel 1.9 kilometer.
Ik was niet onder de indruk. Een wandeling met Jura bestond uit die tijd voor 90% uit speuren. Soms liepen we letterlijk uren achter elkaar een spoor te volgen. Dat ging dan zo snel dat ik stukjes moest hardlopen. 1.9 kilometer is peanuts, en ik denk dat het voor de meeste honden geldt.
Nu moet ik zeggen dat Jura een enorm begaafde speurder was. Ze mocht regelmatig haar kunsten aan leerlingen van speurclinics tonen. Voor mij was het gewoon natuurlijk gedrag en alles behalve een kunstje dat je aanleert. Immers, wolven achtervolgen dikwijls hun prooi dagenlang. En er zijn zelfs indianenstammen en afrikaanse stammen die dit hardlopend doen.
In de eerste les die ik met Jura volgde leerde ik al dat het stompzinnig is om je hond alleen over de grond te laten speuren. Honden halen ook informatie uit andere luchtlagen, ze snuffelen en likken aan takjes en ga zo maar door. Nu gelden er bij ipo-speuren allerlei onnatuurlijke regeltjes. Zo zie je regelmatig de ipo-speurmannetjes een lange lijn door de poten van de hond halen waardoor hun neus aan de grond blijft. Dat is niet mijn opvatting van diervriendelijkheid.
Onderzoek naar hoog en laag speuren bij honden
Gelukkig bewijst de wetenschap nu dat honden uit zichzelf, afhankelijk van de situatie, de perfecte strategie hanteren door afwisselend hoog en laag te speuren. Uit het onderzoek:
"Geuren in de lucht zijn schaars en moeilijker te volgen dan geuren langs de grond, maar ze verplaatsen zich sneller en over langere afstanden. De voordelen van snuiven in de buurt van de grond of in de lucht variëren daarom afhankelijk van de afstand van het dier tot de bron van de geur”
Voor Jura was 10 kilometer wild speuren geen probleem, haar bijhouden was een ander verhaal. Ik denk dat veel mensen zouden denken: “Wie laat wie nou uit?”, maar ik vond het prachtig om haar zo in haar element te zien. Niet lang daarna kwam Mahru bij ons. Een van de eerste keren dat ze los mocht van Dunja rende ze weg. 6 kilometer verderop vond ze mij met Jura. Tja, als je met 1.9 kilometer al Nederlands kampioen kan worden, dan ben je op z’n minst wereldkampioen met 6! Daarnaast is het ook veel leuker om je grote zus te vinden dan een stomme beker te winnen.
Het leuke aan het eerder genoemde onderzoek is dat ze machine learning technieken hebben gebruikt om precies te analyseren hoe honden speuren. Dit geeft mogelijk weer inzicht in hoe andere dieren vergelijkbare technieken gebruiken. Zo veranderen krabben van waterlaag in bepaalde situaties en mogelijk heeft dat ook daarmee te maken.
Ik denk dat de meeste baasjes wel weten dat wanneer een hond de neus in de lucht steekt de geur verder weg is dan wanneer ze hun neus aan de grond houden. Regelmatig speuren Mahru en Lazar als wilden over de grond wanneer er een hun pad was overgestoken. Maar nu Jura er niet meer is weten we niet met 100% zekerheid welk dier het is geweest (ze had voor elke diersoort haar eigen lichaamstaal) en welke kant hij op is gegaan. Want backtracken was voor Jurrie geen probleem. Lazar heeft het meestal wel goed denk ik want die ging 90% van de tijd dezelfde kant op als Jura. Mahru loopt altijd eerst de verkeerde kant op wat ook wel weer een zekerheidje is.
Op de foto: Een hele jonge Lazar die zijn neus in de lucht steekt. Ik weet niet wat hij ruikt, maar de bron is in ieder geval ver weg.