Nieuw onderzoek naar de intelligentie van honden heeft aangetoond dat er drie factoren zijn die samenhangen: een probleemoplossend vermogen, een leerfactor en een algemene intelligentiefactor (G-factor). Het probleemoplossend vermogen omvat taken als probleemoplossen, taakvolharding en geheugen. De leerfactor is gerelateerd aan het vermogen om nieuwe taken te leren en om instructies op te volgen. Deze twee kunnen enorm van elkaar verschillen. Mahru is bijvoorbeeld een heel erg intelligente hond met een lage leerfactor. Jura een superintelligente hond met een hoge leerfactor. Lazar is minder intelligent maar heeft wel een hoge leerfactor.
Intelligentie en de G-factor
De G-factor is een overkoepelende factor die deze twee factoren verbindt en aangeeft dat honden met een hoog probleemoplossend vermogen en een hoog leervermogen ook een hogere algemene intelligentie hebben.
Deze drie factoren zijn verwant aan de theorieën over menselijke intelligentie, waarbij ook een G-factor wordt geïdentificeerd als een overkoepelende factor die alle cognitieve vaardigheden verbindt. Het onderzoek naar de intelligentie van honden bevestigt dat deze theorieën ook van toepassing zijn op dieren.
In de realiteit
Iedereen kent wel iemand uit zijn omgeving of verleden. Een behoorlijk dom iemand die toch ergens heel erg goed in is, of ergens heel veel verstand van heeft. Of iemand die weinig kennis heeft maar alles oppakt met gemakt. Bij honden is dit niet anders. Zo zijn er ook honden die bepaalde dingen heel erg goed kunnen, zoals Mahru die echt goed zelf kan werken. En hoewel haar vermogen om dingen aan te leren ook prima is, is deze minder ontwikkeld dan haar vermogen om een kudde te bewaken bijvoorbeeld.
Leeftijd speelt een factor
Tijdens training moet je rekening houden met het vermogen van je hond om nieuwe dingen aan te leren. Dit zegt ook veel over de neuroplasticiteit van je hond. Jonge honden hebben een grotere neuroplasticiteit dan oude honden, zij leren dus gemakkelijker. Maar iedere hond, hoe oud ook kan nieuwe dingen leren.
Hoe werd de intelligentie in het onderzoek gemeten?
Er zijn twee categorieen: Onafhankelijk probleemoplossen en Leerbaarheid. Alles op een rijtje.
Onafhankelijk probleemoplossen, dat omvat:
- Probleemoplossen
- Taakvolharding
- Geheugen
Leerbaarheid, dat omvat:
- Associatief leren
- Instructies opvolgen
- Respons op commando’s
Dit zijn de twee categorieën die werden gevonden in het onderzoek. De G-factor is een overkoepelende factor die deze twee categorieën verbindt en aangeeft dat honden met een hoog probleemoplossen
Onze producten voor het brein en tegen ouderdom
Lees het gehele onderzoek hier
Age-related effects on a hierarchical structure of canine cognition | GeroScience
